
Een week geleden, op de eerste dag van het jaar liep ik in het Jac. P. Thijssepark. Het was m’n eerste keer daar in het kleine parkje te Amstelveen. Het is een heus heemparkje. Een wandeling na oudejaarsnacht doet wonderen. Ook leken de wilde planten in een wondere wereld te vertoeven. Sommigen vol in bloei. Zoals het vrolijke Leucojum (lenteklokje), u weet wel het zomerzotje, het woord dat ik in oktober liet vallen, omdat het uit de Dikke van Dale was gekieperd. Belofte maakt schuld: ik had beloofd het Zotje weer terug te brengen in de Van Dale. Nou, m’n offensief is begonnen.

De naam van het park deed me denken aan mijn lagere schooltijd : de Jac. P. Thijsseschool, een klein dorpsschooltje in Groningen. Het was de onderwijzer, veldbioloog en schrijver Jac. P. Thijsse die het begrip ‘heemtuin’ introduceerde, bedoeld om inheemse, wilde planten te leren kennen. In Amstelveen is dat zeker goed gelukt. Geen wonder dat het park tot Rijksmonument is bestempeld. Hoewel de naam wilde planten anders doet vermoeden is het onderhoud ervan zeer intensief en voor een groot gedeelte handmatig,. Dat maakt het park des te indrukwekkender.
Het leek wel of ik in Schotland liep, dezelfde stilte, geen mensen, geen wind…. Alleen de schoonheid van de natuur. Waarom dan toch altijd alles ver zoeken, terwijl ’t om de hoek te vinden is?
Plantenjournaal- Verbascum (Toorts)

Naar beneden starend viel mijn blik op een wat grijs viltige platte rozet. Een ezelsoor? Nee, dat was het niet. Het bleek een toorts te zijn. Daarover volgende week meer…
Wat een parel, dat parkje en zo dicht bij!